Imágenes de páginas
PDF
EPUB

Honderd kub. voeten gas kunnen in vloeibaren staat samengeperst worden in een stalen cilinder van 1 voet lengte en 3 Eng. dm. middellijn en daar een ton steenkool in de tusschenruimten 12 kub. voeten lucht bevat, zou men voor elke 8 ton kolen 1 dergelijke cilinder moeten aanbrengen, die gelijkmatig door de lading verspreid worden in de nabijheid van de alarmthermometers. Deze zouden zoodanig gesteld moeten worden, dat de electrische bel begint te luiden bij eene temperatuur een of twee graden beneden het smeltpunt van de metalen stop, waarmede de gascilinders gesloten zijn. De bel in de kamer van den gezag voerder zou hem dan waarschuwen, dat er verhitting plaats had en zou blijven luiden, totdat de cilinder zijn inhoud had uitgestort en de omgeving tot eene veilige temperatuur had afgekoeld, zoodat de geheele inrichting zuiver automatisch zou werken en de officieren toch zouden weten of alles veilig was.

Vloeibaar koolzuur wordt tegenwoordig betrekkelijk goedkoop gemaakt en als er eenige vraag naar was, zou men aan de voornaamste kolenhavens inrichtingen kunnen maken om de ledige flesschen voor weinig geld weder te vullen. Had men

dus eenmaal de kosten van aanschaffing van de stalen cilinders betaald, dan zouden de verdere kosten niet noemenswaardig zijn, te minder daar het niet waarschijnlijk is, dat op ééne reis meer dan een of hoogstens twee flesschen leeg zouden loopen.

Als de hier aanbevolen voorzorgen genomen werden, zou geen gevaar kunnen ontstaan vóór de aankomst op de bestemmingsplaats en dan zouden de meest gewone voorzorgen voldoende zijn. Nadat de luiken geopend zijn mag er geen open licht in de nabijheid komen en niemand zich in het ruim laten zakken, voordat alle gassen den tijd hebben gehad om zich in de lucht te verspreiden. Als er cilinders geledigd zijn, zal er weinig gevaar voor ontploffing bestaan, daar een groot gehalte koolzuur het ontploffend vermogen vermindert van een mengsel van dampkringslucht en moerasgas (dat zich uit sommige kolensoorten ontwikkelt); daarentegen zou het koolzuur, als het in groote hoeveelheid aanwezig was, gevaar van verstikking opleveren voor de menschen, die zich in het ruim begaven. Als een veiligheidslamp, die men in het ruim laat zakken, daar even helder blijft branden als er buiten, kan men er volkomen veilig in gaan.

Wanneer in eene lading kolen eenmaal brand is ontstaan, is het nutteloos er water in te pompen, daar in den regel het vuur zich onder in de lading bevindt en het toestroomen van het water zoo belemmerd wordt, dat het onder het indringen tusschen de heete steenkolen verdampt, voordat het de plaats van den brand kan bereiken. De meest doeltreffende wijze om water te gebruiken zou zijn onder in het ruim op onderlinge afstanden van 6 voet vier pijpen aan te brengen van 3 Eng. dm. middellijn, waarin aan de bovenzijde, op afstanden van 1 voet, gaten zijn geboord van 14 Eng. dm. Deze pijpen gaan door de schotten van de kolenruimen heen en zijn daar voor en achter verbonden aan twee pijpen, die naar buitenboord gaan en met schroefkranen zijn afgesloten. Zoodra als de alarmbel waarschuwt, dat er eene gevaarlijke verhitting bestaat, worden deze kranen opengezet en hierdoor wordt het onderste gedeelte van de lading met zoutwater doortrokken. Dit verdampt spoedig en de groote massaas waterdamp, die tusschen de verhitte kolen opstijgen zullen de temperatuur doen zakken. Dit middel is veel minder afdoende dan het vroeger aanbevolene, men zou ze echter te zamen kunnen toepassen en hierdoor in veel gevallen het koolzuur sparen.

Om verhitting en ontbranding te voorkomen in een voorraad kolen aan land is vloeibaar koolzuur minder goed te gebruiken; in dit geval zou het nuttig blijken de kolen te doortrekken met een weinig teer of teerolie, dat de poriën afsluit en oxydatie grootendeels belet. Naar ik meen, werd dit aanbevolen door Lachman omstreeks 1870. Ruwe petroleum in kleine hoeveelheden zou ook voor dit doel zeer dienstig zijn daar zij zelf geene neiging heeft om te oxydeeren, deze neiging bij andere lichamen vermindert en bovendien de toetreding van zuurstof belet, door dat zij de lichamen van de lucht afsluit.

De arbeiderstwisten in den kolenhandel belemmeren alle takken van nijverheid; naarmate het moeielijker wordt kolen te verkrijgen zullen meer allerlei soorten van uitschot worden verscheept en menige lading zal in de eerste maanden worden uitgevoerd, die onder gewone omstandigheden nooit aan boord aangenomen zou zijn; wij kunnen daarom eene groote vermeerdering van verlies van menschenlevens en eigendom door zelf

ontbranding te gemoet zien. Het waarschijnlijke gevolg hiervan zal zijn eene verhooging van de assurantie-premie en eene verdere belemmering van onzen uitvoerhandel in steenkolen. Oprecht vertrouw ik, dat, indien deze sombere voorspellingen bewaarheid worden, de middelen, die ik zoo even heb aanbevolen en die op proefnemingen gegrond zijn, zullen worden bevonden van groote waarde te zijn.

Ten slotte wensch ik te erkennen, hoeveel ik verschuldigd ben aan de onderzoekingen van Dr. Richters, wiens geschriften over het verweeren van steenkool te vinden zijn in Dinglers Polytechnisches Journal van 1870, aan het rapport van de Royal Commissioners over deze zaak in 1876 en eindelijk aan Mr. Martell, die mij het onderwerp voor deze voordracht aan de hand deed.

Nieuwe Kaart van de Zuiderzee.

Kaart van de Zuiderzee, uitgegeven
door Seyffardt's Boekhandel te
Amsterdam 1890.
f 2.50

Wij ontvingen van Seyffardt's Boekhandel te Amsterdam ter aankondiging een nieuwe kaart van de Zuiderzee op de schaal van 1 op 150000.

Niettegenstaande dit kleine bestek laat de kaart, dank zij de nette bewerking, aan volledigheid en duidelijkheid niets te wenschen over.

De juistheid van de lijnen en van de diepteopgaven hebben wij niet afzonderlijk onderzocht, evenmin als de steeds wisselende betonning der zeegaten. (De kaart strekt zich uit tot 53° 30' Nbr. en 4o 41' 0. L. van Greenwich en bevat dus al de zeegaten, die toegang geven tot de Zuiderzee).

In de lichten, betonning, enz. van de eigenlijke Zuiderzee zijn alle verbeteringen en wijzigingen van den laatsten tijd aangebracht. Voor zoover wij konden nagaan, zijn deze allen juist

aangegeven. Alleen bespeurden wij eene onnauwkeurigheid in de betonning van het Zwin, waar de drie tonnen aan de Zuidz. van het vaarwater zwart zijn geteekend, terwijl zij wit zijn. (Zie berichten aan Zeevarenden, jaarg. 1889 No. 32/680).

Opgave der nieuwe en verbeterde uitgaven van de Britsche Admiraliteitskaarten, (met korte aanwijzing van het verbeterde gedeelte).

Oostzee en Bothnische Golf.

2252. 2300.

Gulf of Bothnia. Algemeene verbeteringen. Mei.
Idem. Sheet V. Talrijke verbeteringen. April.

Sont, Belt, Skagerrak, Kattegat en Westkust Noorwegen. 1121. Norway. W. Bergen. Pudde Fiord. Mei.

790. The Sound. Approaches to Copenhagen. Lichtsectoren en algemeene verbeteringen. April.

Noordzee.

2593.

1190.

Northsea. Ameland to Jade river. Eems. Maart.

England E., Blakeney to Flamborough Head. Nieuwe kaart. Mei.

Westkust van Engeland en Schotland, Ierland.

1123.

S. Coast of Ireland to Land's End. Talrijke loodingen bijgevoegd. Mei.

Kanaal, Atlantische kust van Frankrijk, Spanje en Portugal. 1598. English Channel. Talrijke loodingen bijgevoegd. Mei. Middellandsche en Adriatische Zee.

1320.

Spain, S.E. Cape San Antonio to cape Tortosa. Nieuwe kaart. April.

Grieksche Archipel en Zwarte Zee.

1556.

1085.

Greece. E. Gulf of Volo with Oreos and Talanta chan-
nels. Nieuwe kaart. Mei.

Archipelago, Negropont to Gulf of Kassandra, including
Gulf of Saloniki. Nieuwe kaart. Maart.

Indische Oceaan.

644. Africa E., Delagoa-bay. Slip bijgevoegd. April.

Sumatra en Straat Malakka.

219. Sumatra N., Acheen Head to Diamond point.

Uitge

breide verbeteringen aan de kust; plannen: Balkan and Sand bays. Krang Raja-bay and Saban-bay. April. Chineesche Zee, Japan, Pacific en Australië.

1117.

1199.

214.

2421.

1030.

2763.

Russian Tartary and Saghalin island anchorages. Plan
New Djigit; groote verbeteringen. April.

China E. Kweshan isl. to Yang-tse-Kiang and Chusan
Archipelago. Eilanden beO. Keu-shan en schets van
geleidemerken. Maart.

Solomon islands. Malaita and Vella Lavella islands.
April.

Tonga or Friendly islands. Tongatábu group to Pelorus-
reef. Maart.

Australia E. Great Sandystrait, southern portion. Ver-
beteringen in de geleidemerken in Inner Channels. Maart.
Australia, Coral Sea and Great Barrier reefs. N. van
Nieuw-Caledonië, Grand passage en omringende reven.
April.

1380. New Caledonia, New Hebrides and Loyalty islands. Idem. April.

Opgave der Nederlandsche en NederlandschIndische Kaarten,

waarop de achterstaande verbeteringen betrekking hebben. Zoomede van nieuwe of vernieuwde Kaarten.

Nederlandsche Kaarten.

Noordzee. Van Tessel tot de Elbe en Weser. Seyffardt. Vernieuwde kaart.

« AnteriorContinuar »