Imágenes de páginas
PDF
EPUB

Financien.

luizenbouw.

Lekken van

luizen.

Gegoten ijzeen zwalpen.

Bruggenbouw.

Schroefpalen.

Bemaling van olders enz.

Zuidplaspol

ler.

De staat der financiën van het Instituut, waarvan U de rekening en verantwoording wordt voorgelegd, is als volgt:

Het batig slot van het vorige dienstjaar bedroeg ƒ 2 850.72
De ontvangsten van dit instituuts-jaar bedragen

cene som van.

De uitgaven zijn geweest.

5 117.16

zijnde te zamen ƒ 7 967.88

[merged small][ocr errors][ocr errors]
[blocks in formation]

Voor de juiste beoordeeling van den stand der kas, bij het einde van het instituuts-jaar, diene de opmerking, dat het belangrijk aantal drukwerken, die juist nu op het punt zijn van uitgegeven te worden, cene aanzienlijke uitgaaf vordert, maar dat daarentegen, voornamelijk aan bijdragen der oost-indische leden, eene som van ongeveer 2 000.00 is in te vorderen.

A. Bouwkunst.

Het lid J. F. W. Conrad deelde eene nota met teekening mede, betreffende de afdamming van de hulp-schutsluis te Vreeswijk.

Het lid Greve gaf eene mededeeling wegens de middelen, door hem aangewend, om het lekken der sluizen te Gouda tegen te gaan. Het lid Strootman bood cene vergelijking aan van de kosten van gegoten ijzeren met die van dennen zwalpen, welke bij de Notulen opgenomen is.

Dit gaf aanleiding tot opmerkingen van eenige leden, die in de Notulen vermeld zijn.

Door het lid J. R. T. Ortt is eene beschrijving en teekening ingezonden van eene brug met holle liggers van gesmeed ijzer, te Maastricht, over het Luiksche kanaal gebouwd. Dit stuk is bij de Notulen opgenomen.

Het lid Slotemaker maakte het Instituut bekend met eenige bijzonderheden van bruggen en sluizen te Petersburg en Sleutelburg aangelegd.

Omtrent de schroefpalen ontvingen wij eenige mededeelingen van de leden Strootman en G. A. de Geus.

De leden Piepers en P. Scholten helderden de vroeger medegedeelde waarnemingen omtrent de stoombemaling der polders Cool, Schoonderloo en Beukelsdijk nog nader op; enkele andere leden deelden daaromtrent opmerkingen mede, en men verkreeg de toezegging dat deswege nog uadere proeven zullen worden genomen, wanneer men in de gelegenheid zal zijn hiervoor eenen maatboezem te doen maken.

Het lid J. A. Beijerinck heeft het Instituut cene memorie afgestaan over de droogmaking van den Zuidplaspolder. Dit stuk is in de Verhandelingen van het Instituut geplaatst.

[ocr errors]

plassen.

Van het lid van Gendt ontving het Instituut eene beschrijving Legmeervan de door hem ontworpen droogmaking van de Legmeerplassen, met eene uitvoerige kaart.

Dit stuk is afgedrukt en zal, zoodra de kaart gereed is, in de Verhandelingen worden uitgegeven.

rizontale wie

ken.

Een ontwerp van den heer Schrieder te Dordrecht, tot de toe- Molens met ho passing van horizontale vleugelroeden op molens en schepen, werd aan het Instituut voorgelegd. Verscheidene leden deelden daarover hun gevoelen mede, waaruit bleek, dat er tegen de door den uitvinder gedane voorstellen vele bezwaren bestaan en de toepassing daarvan niet raadzaam wordt geacht.

De haven van Harlingen trok de aandacht van een der leden, die het verlangen te kennen gaf daaromtrent nadere inlichtingen te ontvangen. Dit heeft echter nog geene verdere gevolgen gehad.

Havenwerken

Het lid van der Kun stelde ter beschikking van het Instituut Droog-dok. het verbaal van het plaatsen van Z. M. linieschip Willem I in het drooge dok aan het Nieuwe diep, in Julij 1822, door den inspecteur-generaal Blanken, met daarbij behoorende teekeningen.

Deze stukken zijn als bijlagen in de Notulen opgenomen. Rivier-cor De verslagen omtrent het voorgevallene bij de rivieren in den respondentie winter van 1851 op 1852 worden voor de Verhandelingen van 1851-1852. het Instituut gereed gemaakt.

Grafische voo

stelling der r

Het lid M. H. Conrad gaf het Instituut zijne grafische voorstelling der rivierstanden, waarvan de uitgave zal worden voortgezet. vierstanden. Eene memorie over het verval van den IJssel, door den heer Waarnemir Olivier opgesteld, is door het lid van der Kun aangeboden. gen op de r Het lid G. A. de Geus gaf eene beschrijving van door hem ge- Peilschalen. maakte glazen peilschalen en eene drijvende peilschaal. Beide zaken zijn in de bijlagen der Notulen vermeld.

vieren.

Het lid Strootman gaf eenige opmerkingen omtrent het patent- Peilingen. peillood, waarover de leden Lebret, van der Kun en G. Simons hun gevoelen mededeelden.

De voorzitter bragt daarbij ter tafel cene nota van den inspecteurgeneraal C. Brunings, omtrent de methode, waarvan men zich bij de jaarlijksche peilingen der boven-rivieren bediend heeft. Dit stuk is als bijlage van de Notulen geplaatst.

te Amsterda

Omtrent de in de bijlagen der Notulen opgenomen beoordeeling Versch wat van eene memorie over de verschillende middelen, om Amsterdam van versch water te voorzien, is eene uitvoerige wederlegging van den schrijver der memorie ontvangen. De raad vond daarin echter eene min juiste voorstelling van de behandeling dezer zaak, en zond daarom het stuk, met zijne aanmerkingen, aan den schrijver terug, die het tot nog toe niet op nieuw heeft aangeboden.

Het lid van der Hoeven gaf het Instituut een opstel over de Croton-wate Croton-waterleiding te New-York, dat bij de Verhandelingen van het leiding. Instituut wordt uitgegeven.

Gas- en wa

erbuizen.

Spoorwegen.

Vest-indische

Eene memorie van den heer Coulier, over de gas- en waterbuizen te Parijs, door den minister van binnenlandsche zaken aan het Instituut gezonden, is in de bijlagen der Notulen geplaatst.

Het lid Dijserinck bood het Instituut een monster aan van de houten treknagels, zoo als die door Ransome & May te Ipswich worden vervaardigd.

De voorzitter gaf zijne denkbeelden op, betreffende de door hem zeer verkeerd geoordeelde gewone percentsgewijze vergelijking van de ontvangsten en uitgaven van eenen spoorweg.

De heer C. A. van Sypesteyn leverde eene bijdrage tot de kennis houtsoorten. der west-indische houtsoorten, die in eene onzer vergaderingen werd voorgedragen, en waarvan de uitgave door het Instituut bepaald werd. De schrijver vond echter goed dat stuk terug te vragen, om het op eigene kosten uit te geven.

Gebouwen.

Standvinken.

De minister van oorlog bood het Instituut een verslag aan over eenige proeven met surinaamsch bijlhout, welk verslag bij de Notulen is opgenomen.

De ontwerpen voor het gebouw der tentoonstelling te Londen, van het lid Tétar van Elven, den voorzitter en het lid Outshoorn, werden door het Instituut uitgegeven.

Holle bak- De voorzitter deelde eenige bijzonderheden mede omtrent de holle eenen, enz. baksteenen, en de daaruit zamengestelde modelwoning van Prins Albert, die bij de groote tentoonstelling te Londen was opgerigt. Het lid P. Scholten vestigde de aandacht van het Instituut op de proeven te Rotterdam genomen, met eene veranderde inrigting van standvinken, welke door het lid Rose nader werd toegelicht. De voorzitter gaf eene korte beschrijving van Dr. Arnott's luchthing in ge klep, waarvan hij het nut en de goede werking gedurende zijn verblijf in Engeland had opgemerkt, en die hij in de gelegenheid was geweest reeds verscheidene malen met goed gevolg toe te passen.

Luchtverver

Duwen.

oode Mainsteen.

Het Instituut ontving eenige nadere mededeelingen omtrent de prijzen van den rooden Mainsteen, die bij de Notulen zijn opgenomen. Dakpannen. De heer A. M. van de Laar, te 's Gravenhage, zond het Instituut afbeeldingen en monsters zijner geoctroijeerde dakpannen, hetgeen aanleiding gaf tot eenige verdere mededeelingen wegens dit onderwerp, door sommige leden.

Bewaring van Dit onderwerp heeft in de vergaderingen tot belangrijke disdenkstukken cussien aanleiding gegeven.

er bouwkunst.

Het lid Tétar van Elven deed deswege voorstellen en leverde eenige daartoe betrekkelijke bijdragen.

De leden W. N. Rose en Koenen namen deze aangelegenheid bijzonder ter harte, en de vergadering benoemde eene kommissie, die op zich genomen heeft het Instituut een voorstel te doen, waardoor deze zaak bij ons te lande zou kunnen worden bevorderd.

B. Wis- en natuurkunde.

sche

waarne

Het lid van der Sterr bleef zijne meteorologische waarnemingen Meteorologi mededeelen. De uitgaaf daarvan is door het Instituut gestaakt, mingen. dewijl de uitkomsten der meteorologische waarnemingen, op verschillende plaatsen in Nederland gedaan, sedert December 1850 door het lid Buys Ballot verzameld en maandelijks uitgegeven worden. Het Instituut heeft deze zaak zooveel het vermogt bevorderd, door voor elk zijner leden een exemplaar van die maandelijksche verslagen aan te schaffen.

De verspreiding der uitkomsten zal de aandacht, naar men hoopt, meer en meer op dit belangrijk onderwerp vestigen.

Van het lid J. P. Delprat ontving het Instituut eenige aan- Mechanica. merkingen op de stukken, getiteld: "Verdeeling van druk, bijdrage tot de statica der bouwkunst", en "Over draaijende wrijving" die in de Uittreksels zijn medegedeeld.

Een opstel van hetzelfde lid, over den afstand der steunpunten van de draden bij elektrische telegrafen, is in eene der vergaderingen voorloopig medegedeeld.

Van het lid van der Hoeven is eene memorie ontvangen, wegens den vorm van pijlers en kolommen. Dit stuk wordt in de Verhandelingen van het Instituut opgenomen.

Van hetzelfde lid ontvingen wij eene mededeeling, omtrent met Zinkgeel. zinkgeel genomene proeven.

Een opstel over gegalvaniseerd ijzer, door den civiel-ingenieur Gegalvaniscer Chavannes bijeen gebragt, werd door het lid Storm Buysing mede- ijzer. gedeeld, en is bij de Notulen geplaatst.

uitwaterende

Het lid Delprat heeft het Instituut zijne opmerkingen mede- Afvoeren gedeeld, over het waterafvoerend vermogen van uitwaterende sluizen. vermogen va Naar aanleiding daarvan, heeft de raad de tusschenkomst van sluizen. den minister van binnenlandsche zaken ingeroepen, ten einde door eene reeks van proeven, met het katwijksche kanaal te nemen, gegevens te bekomen, waarop verdere berekeningen ter bepaling van den coefficient kunnen worden gegrond.

Insekten i

Zekere in het verrot hout levende insekten, door het lid G. A. de Geus ingezonden, hebben een onderwerp van onderzoek en dis- het hout. cussie uitgemaakt.

grafie.

De voorzitter deelde enkele bijzonderheden mede, omtrent den, Elektro-ma door het lid van der Kun en hem bezochten, onderzeeschen telegraaf netische tele tussche Calais en Dover, en vertoonde daarbij verscheidene voorwerpen tot de elektrische telegrafie behoorende.

Het lid Post toonde eenige proeven van photografie, en ver- Photografisch klaarde de wijze, waarop de beelden op het photografisch papier proeven. door de werking van het zonlicht worden overgebragt.

me

Door den minister van oorlog zijn onderscheidene proeven in- Proeven gezonden van kunst waterkalk, door het lid van Panhuys uit lim- limburgsche

waterkalk.

burgsche mineralen zamengesteld. Om aan het verlangen van den minister te voldoen, worden deze proeven naauwkeurig onderzocht. C. Werktuigkunde.

Stoomvaart. Omtrent de stoomsleepdienst op de Wolga, kunnen wij cene door het lid Slotemaker beloofde mededeeling verwachten, die te belangrijker kan zijn, dewijl dit ons medelid met de uitvoering en het beheer over die dienst is belast geweest.

D. Werktuigen.

Meetinstru- Een werktuig van den heer Dupuis te Parijs, door hem mésureur genoemd, werd door den Beschermheer aan het oordeel van den raad onderworpen.

ent van Duis.

Diktemeter.

Het lid Schmitz gaf ons eene juiste teekening van zijnen diktemeter, geschikt tot het bepalen van zeer kleine afmetingen. Kijker. Nog is door den Beschermheer het oordeel van den raad gevraagd over eenen kijker, door het lid Wenckebach Zijner Majesteit aangeboden. Dit werktuig was van uitstekend maaksel en van een orthoscopisch oculair, volgens Kellner, voorzien.

waterbed.

Dr. Arnott's De voorzitter toonde in eene der vergaderingen een waterbed, volgens Dr. Arnott, door hem bij zijn verblijf in Londen opgemerkt, en waarvan de toepassing in hospitalen, bij belangrijke operatiën en zware ziekten, zeer kan worden aanbevolen.

ppold's pomp

Pletrollen.

Werktuig tot

et aanpunten

De werking van Appold's centrifugale pomp, bekend door de tentoonstelling van 1851 te Londen, werd mede door een model aangetoond.

Het lid Schmitz gaf het Instituut mededeeling van zijne ondervinding, omtrent het vervaardigen van pletrollen. Dit stuk is bij de Notulen opgenomen.

Het lid Hartz bragt in eene der vergaderingen een klein werkan potlooden, tuig ter tafel, dienstig tot het aanpunten van potlooden, dat als zeer bruikbaar kan worden aangemerkt.

msterdamsch

peil.

Topographi

then index.

nelazijn.

E. Statistiek, geschiedenis, enz.

Van het lid Koenen ontvingen wij bijdragen tot de geschiedenis van het Amsterdamsche peil waarvan het nader verslag, met naauwkeurige aanteekeningen, aan de leden werd toegezegd.

Het proces-verbaal van eene onlangs gedane overbrenging van een der peilwerken te Amsterdam is bij de Notulen opgenomen. De kommissie voor den topografischen index ontving in den loop van het jaar een zeer groot aantal ingevulde staten. De lijst daarvan wordt afgedrukt en eerstdaags aan de leden gezonden. F. Verschillende onderwerpen.

Het buitengewoon lid Linse gaf eene bijdrage over verbeteringen in de bereiding van snelazijn.

« AnteriorContinuar »