Imágenes de páginas
PDF
EPUB

Middenhof met de bouwvallen er om heen zou hebben herinnerd, het feit, dat der schets, in de eerste vraag bedoeld, belangstelling had gewaarborgd, het is reeds door Witkamp geboekt, goed geboekt. Amsterdammer die mij leest, ge moogt die heugenis voor u houden, als ge met een vreemdeling in de Diergaarde omwandelt, en gij hem hoort wenschen dat zijn geboorteplaats op iets dergelijks bogen mogt, en hij u vleit door eene vergelijking met de hoofdsteden van ons werelddeel, die in dit opzigt niet ten nadeele der onze uitvalt; wanneer gij er u neêrzet, slechts door de uwen omgeven, dan eischt die gedachte lucht. Welk soort van weelde gij er het hoogste waarderen moogt, die der vermeerdering van uwe kennis of die der verlustiging van uw gezin, ik stel mij u liefst voor als dankbaar voor beide, bij de eene als bij de andere brengt gij u den weêrstand te binnen, door den oprigter bij een toenmaligen burgemeester, bij een toenmaligen minister gevonden, om de veerkracht toe te juichen, die hare pogingen desondanks voortzette, tot zij slagen mogt. Een blik werpend op het kroost, dat er om u heen speelt, kunt ge den wensch niet weêrhouden, dat eene wakkere volharding aan deze gelijk opwassen moge in dien flinken krullekop, uw oudste; dat de jongste, de knaap met die donkere kijkers, uit liefde voor de goede stad, eens op zijne beurt geen last te zwaar vinde, als hij, door dien te dragen, het algemeen baten mag!

De eerste indruk, de verrassing, door de stoute schepping aan den Amstel teweeggebragt, moge voor mij te loor zijn gegaan, nimmer heb ik sedert in het Volkspaleis nog den voet gezet zonder het plekje op te zoeken, waar ik, achter de banken voor tallooze autoriteiten, zoo goed een plaatsje vond om de bedoelde groep gà te slaan. Ik had haar lang genoeg verbeid om de decoratie, tegen welke zij zou uitkomen, niet meer te bewonderen; drie planken en een stuk fluweel stellen ieder be

hanger in staat een troon te maken; maar voor ons, die een schilderschool hebben, wij hadden iets beters moeten leveren dan de beide beelden, die ter zijde van dezen heetten te staan, de Mercurius met die hooge heup, en die Neptunus met het kruikske. Hoe zij echter eensklaps verdwenen, hoe die estrade, door een twintigtal mannen bestegen, een blik in onze geschiedenis gunde, hoe de hoofdfiguur van haar der schare de les las! Daar stonden zij om den Eere-Voorzitter, Z. K. H. Prins Frederik, heen, de vertegenwoordigers van namen uit welke de omwentelingen aan het einde der vorige eeuw en aan het begin van deze u toeklonken, vermaardheid uit de dagen der Bataafsche Republiek, vermaardheid uit den tijd van het Koningrijk Holland, heugenissen uit het Keizerrijk, herinneringen aan Willem I. En onder deze, hier en ginds, wie daar niet zouden hebben gestaan als de Grondwets herziening van Achttien honderd Acht en Veertig hun den weg niet had ontsloten, als deze alle talent geen werkkring zijner waardig had geopend en aangewezen. Maar wat het treffendste was van het gansche tooneel, de man mogt het heeten, die tot den Eere-Voorzitter het woord rigtte, die om zich ziende zou hebben mogen zeggen: "of ik woord hield, dat getuige mijn werk, gedwarsboomd als ik werd, geschraagd als ik thans schijne!" Het was de Israëliet medeburger, straks naast den eerbiedwaardigen Vorst uit het Huis van Oranje plaats nemende, en met dezen in vertrouwelijker gesprek gewikkeld dan een der overige omstanders. Eene groep, waarin ik niet slechts de uitdrukking van den vooruitgang van het Nederland der negentiende eeuw begroette, waaruit mij tevens eene wekstem voor alle in ons volksleven nog sluimerende krachten toeklonk.

"Verkondden dit de vreugdevuren ?" was de klagt der hoofdstad, toen teleurstelling, aan wien dan ook te wijten, en waaruit dan ook geboren, - teleurstelling op een enkel hoofd

zoo wreed gewroken! hare hoop op een nieuwen weg naar zee, zoo goed als verijdelde! De overgebleven kans scheen zoo klein, dat er naauwelijks meer sprake van was! Sprake? het is schier te stout een woord, het werd fluisterend wenschen, slechts in de stilte van het onder ons vergund. Toch flikkerde de vonk voort; maar toen zij eensklaps weêr tot vlam moest worden aangevoed, zoo zij niet voor altijd zou uitgaan, toen bleken de offers, die zij eischte, zóó groot, dat slechts dezulken die gering durven schatten, welke er gelukkig geene hebben te brengen. O bange week, o banger laatste dag!... als hadden beide niet mannen te voorschijn geroepen, die anders nooit van achter hun lessenaar zouden zijn opgesprongen, om de wanhoop te beschamen en den weêrzin te bekeeren! Als ware bij deze de moed niet met het gevaar gewassen, en met den moed de kracht! Als mogt de hoofdstad thans niet trotsch nieuwe namen kunnen noemen, zoo iemand haar vraagt wie hare wakkerste burgers zijn: namen, die ik het hier zoude doen, wanneer die mannen anderen lof begeerden, dan de goedkeuring van hun geweten! Alsof deze niet in elken nieuwen nood der menigte uit het hart op de lippen zullen komen! Schemering van den zes en twintigsten November ter beurze, gij hoordet hen zegenen, te midden van dankbare toejuichingen, dat gebouw zoo vreemd; toejuichingen, die een einde maakten aan de dien dag door de levensvraag gestoorde zaken: de leening was de zaak! Vol!" en de fondsenhoek uitgegaan, klonk het alle hoeken door, alle zuilen langs, met een geestdrift waartoe men de mannen van het geld niet in staat zou hebben geacht, als men ook in Amsterdam het geld genoeg miskende om te gelooven, dat zonder die zenuw van den staat de ontwikkeling der nieuwe maatschappij mogelijk is! Drie Photographiën van Amsterdam!... ze zouden mij liet zijn,

maar worden zij wel vereischt, na even zoo vele blij

ken, dat de hoofdstad vooruitging wat belangstelling in allerlei leven der natuur betreft; dat zij vooruitgaat in waardering der nijverheid; dat haar om vooruitgang in den handel geene offers te groot zijn? Als het eindelijk aller overtuiging wordt, zoo als het reeds thans die harer degelijkste ingezetenen blijkt, dat zij zich zelve slechts behoeft te willen helpen, om het zich zelve te kunnen waar zij het moet; hoe spoedig zal dan haar aanschijn opluiken en verjongen! Waar zij het moet! dat is het geval op haast elk gebied: op dat van uitbreiding, om lucht! op dat van onderwijs, van wetenschap, op dat van kunst, winnen! Zij zal het, belangen,

om licht!

op dat

om haar verleden waard te blijven! om den haar ontglipten schepter te herde burgerij beraadslaagde over hare en de daad bevestigde het woord! Zij zal het,

de burgerij ziet hoe hare zusteren voorwaarts streven die prikkel maakt op zijde blijven pligt! Zij zal het de burgerij gelooft nog dat hare goede veste een grootsche toekomst heeft, slechts wie aan de zijne twijfelt is verloren!

27 Nov. 1864.

SISSA.

NEDERLANDSCH MAANDSCHRIFT VOOR HET SCHAAKSPEL.

Zoo voeren wy een' kryg die niet verwoest of moordt,
Maar in een ledig uur ons peinzend brein bekoort;
Zij dan de heerschzucht prat op bloedige laurieren,

In 't strydperk van 't vernuft zal ons eene eerkroon sieren.

CERUTTI.

Hoe wenschte ik dat ik u verplaatsen mogt tegenover de groep die mij boeit, in eene deftige ouderwetsche huizinge. Zoo gij gelooft dat deze in het hooge vertrek te zien valt op de schilderij, welke den ganschen wand voor ons beslaat, dan vergist gij u. Al school die voorstelling niet half in de schaduw van den hoek weg, ik zou u even weinig uitnoodigen digter bij te treden om de schemerende gestalten in dat geboomte gewaar te worden, als u de zware breede lijst doen bewonderen, uit eikenhout gesneden, prijkende met een naamcijfer dat zijn verguldsel verloor. Het geldt geen dichterlijken droom, het geldt een greep uit de werkelijkheid. Waar het licht langs de boiserie van het raam op het glad gewreven parquet zijn

« AnteriorContinuar »